“Alleen in het woordenboek
komt Succes voor Werken”
Miami Ink
Op vrijdagavond in
de Florida Beach Bar leren we dat Stuart op 27 juni terug gaat naar Engeland en
dat zijn ticket is geboekt. Ook voor Darren en Toz is het nieuws. Bijzonder,
want hij logeert tenslotte bij hun en dat lijkt me iets wat je meteen met je
gastheer en gastvrouw deelt en niet ’s avonds in de kroeg. Afgelopen week
blijkt het opeens weer niet te kloppen. Het is wederom onduidelijk wanneer
Stuart terug gaat naar zijn gezin in Engeland. Zoals ik al eerder zei; het
verhaal van Stuart rammelt aan alle kanten. We liggen letterlijk dubbel van het
lachen als een amicale Australiër Stuart verteld dat hij op 1 van de zangers
van Bros lijkt. Voor de jongere lezers; dat waren ergens eind jaren 80 2 hele gladde
‘zangers’ met te blond haar met te veel gel, te zwarte leren jasjes en te hoge
stemmen. De vergelijking is hilarisch en we kunnen geen van allen Stuart nog
aankijken zonder te lachen en aan Bros te denken.
De beveiliging
heeft het niet zo druk, slechts 2 man wordt afgevoerd en keurig buiten de
poorten van de bar gezet. Dronken, vechtpartij, lastig vallen; ik heb geen
idee. Maar de manier waarop de beveiliging deze 2 mannen verwijdert verraadt
dat ze dit veel vaker hebben gedaan.
Om 00.00 uur sluit
de Florida Beach Bar. Jack, Kelly en ik worden er als laatste uitgezet. Ik
fiets langs de zee over de boulevard naar huis. Terrigal is in diepe rust. Een
heerlijk begin van het weekeinde.
Wanneer ik
zaterdagochtend wakker word is Ellen met Max en Morris naar de wedstrijd van
Max. Ik ga met Jaimy naar Budgewoi. We gaan weer naar het noorden van de
Central Coast, ca 40 minuten rijden vanaf Terrigal. We vertrekken rond 11.00 uur
en dat betekent een rustige ochtend en we bereiden ons op ons gemak voor op de
wedstrijd. Ieder op zijn eigen manier. Jaimy zoekt zijn voetbalspullen, ligt
nog even in bed, ontbijt op zijn gemak en is er om 11.00 uur helemaal klaar
voor. Ik zet koffie en ga aan de eettafel zitten met uitzicht over de bomen,
huizen en de zee. Het uitzicht is prachtig en de lichte mist die vanuit de zee
het land inkomt geeft het uitzicht een mystiek karakter. De stem van Stevie
Nicks van FleetwoodMac vult de kamer en terwijl ze ‘Dreams’ zingt verwarmt ze de
kamer met haar stem en roept ze nostalgie op in mijn hoofd. Zelfden zijn
ochtenden beter dan dit. Trent ligt nog in zijn bed en komt er pas uit als
Jaimy en ik weggaan. Waarschijnlijk denkt hij net als ik dat ochtenden op deze
manier niet veel beter worden.
Diezelfde ochtend
heb ik contact met mijn leverancier uit Nederland (de heer A.P. te H.) en kom ik
er achter dat er een andere bron is die op de achtergrond voor aanvoer van mijn
goederen zorgt. De heer A.P. is slechts een ‘middle man’ die alleen maar
fungeert om de toevoer in goede banen te leiden en te zorgen dat de spullen op
de juiste plaats worden bezorgd. Het blijkt dat mevrouw I.P. te H. de grote
leverancier is en leider van het kartel die zorgt voor toevoer van digitaal
leesvoer. Mevrouw I.P., uw diensten worden bijzonder gewaardeerd.
11.00 uur rijden
Jaimy en ik in de Toyota Rav naar Budgewoi. De auto rammelt heerlijk terwijl
Jaimy en ik tijd hebben om even bij te praten. 1 op 1 contact is in ons gezin
soms moeilijk en dus van grote waarde als we een moment kunnen benutten. Een
ritje naar Budgewoi is een uitstekend moment.
We hebben het over
van alles en nog wat en ik concludeer dat Jaimy hier erg happy is. Hij ziet hoe
mooi het hier is en waardeert dat. Hij gaat goed op school, heeft vrienden en
ik bespeur geen heimwee naar Nederland.
Wanneer we bij de
‘red necks’ van Budgewoi aankomen gaat de wedstrijd gelukkig door. Er hangt
regen in de lucht en dan word ik al nerveus omdat hier alles meteen wordt
afgelast bij 3 druppels regen. 3 Kwartier rijden om er achter te komen dat de
wedstrijd niet door gaat is geen goed nieuws.
Maar zoals gezegd,
de wedstrijd gaat door en Terrigal is met grote getalen uitgerukt om op het
knollenveld van Budgewoi de overwinning binnen te slepen. Het wordt 5-0 voor
Terrigal terwijl het 8-0 of 9-0 had kunnen zijn. Jaimy speelt een ‘mooi weer
wedstrijd’ zoals ik dat noem. Hij loopt met kaarsrechte rug als een veldheer
over het veld. Hij is erg lang en dat maakt dat hij een statige uitstraling
krijgt. Met zijn jaren 60 kapsel is het net een oude voetbal legende als Abe
Lenstra of Coen Moulijn die over het veld dribbelt. Hij zet geen stap te veel
vandaag en zijn haar en uitstraling zijn vandaag belangrijker dan de ‘gras
vreten’ mentaliteit die hij normaal heeft. Hij scoort heel fraai en is zelf
meer dan tevreden met zijn optreden. Hij komt met een grote glimlach het veld
afgelopen.
Na de wedstrijd
rijden we door het fraaie landschap terug naar Terrigal. De zee bij The
Entrance, de pelikanen die we zien, de heuvels op de achtergrond, de
wolkenpartijen die boven de zee hangen; we genieten met z’n 2-en van het
uitzicht. Terwijl de Rav door rammelt naar Terrigal horen we dat Max met 6-0
heeft gewonnen van Ettalong. Dat is ten zuiden van Terrigal, bij Woy Woy in de
buurt. Goede wedstrijd gespeeld en met een prima uitslag is ook hij klaar voor
vandaag.
We treffen elkaar
allemaal bij Duffy’s waar het team van Morris om 15.00 uur speelt. Het is
altijd even omschakelen om van wedstrijden van Trent, Max of Jaimy naar een
wedstrijd van Morris te kijken. De kleine veldjes, de kleine doelen, de over-enthousiaste
ouders en het ongecontroleerde voetbal is toch even iets anders dan de
wedstrijden van zijn broers. Maar de spanning en het plezier om er naar te
kijken is er niet minder om. Sterker nog, deze wedstrijd is spannend en hoewel
het hele team hard werkt komen ze niet verder dan 3-3. Op zich een uitslag waar
iedereen mee kan leven gezien de verhoudingen in het veld.
De voetbalzaterdag
zit erop en voordat het donker wordt ga ik nog even te voet om Terrigal heen
lopen. Hardlopen wel te verstaan. De 7 km rondom Terrigal gaan me weer goed af
en blessures blijven uit.
Door mijn
enthousiasme over het boek ‘The Wolf of Wall Street’ en het feit dat Trent mijn
enthousiasme kon beamen omdat hij de film al had gezien, gaan we de film
zaterdagavond met z’n allen kijken. Als we ons geïnstalleerd hebben nadat
Morris in bed ligt blijkt de films 3 uur te duren en in de eerste minuten
zitten Ellen en ik niet helemaal op ons gemak gezien de vertoonde intieme beelden.
Bepaalde scenes in films of op TV zijn nog niet geschikt om als ouders samen
met 13 jarige (of soms 15 jarige) te kijken. En in dit geval zal het vast aan
ons liggen want de heren Vegter lijken het allemaal normaal te vinden. Wellicht
dat er ook een waarschuwing bij films kan komen voor ouders? Ouders let op:
deze film niet samen kijken met je kind!
Op zondagmorgen
staan Ellen, Morris en ik om 9.00 uur bij Duffy’s langs de lijn. Trent speelt
thuis met zijn eigen team tegen Budgewoi. Lekkere tijden om vanuit Budgewoi een
uur voor de wedstrijd in Terrigal te moeten zijn. Toch zien de spelers van
Budgewoi er uitgeslapen uit en spelen ze beter dan Terrigal. Veel balverlies
bij Terrigal, niet scherp en de zijkanten worden niet benut. Tot 2-2 in de 2e
helft lijken er nog kansen te liggen voor Terrigal, maar dan is het opeens
klaar. Het wordt 5-2 voor Budgewoi.
Trent wordt
gevraagd om meteen na de wedstrijd met het A team mee te doen die ook thuis
spelen. Ellen blijft kijken en Morris en ik wandelen naar huis. Het A team wint
met 1-0.
Zondagmiddag gaan
Ellen en ik op pad om een bureau en een kast te kopen. Of beter gezegd; we gaan
op onderzoek uit wat er te koop is. We rijden langs een paar winkels en we
hebben genoeg gezien om e.e.a. even te laten bezinken, na te meten en nog even
naar alternatieven te kijken.
De heren Vegter
hebben sinds zaterdag Risk ingeruild voor Monopoly. Bij ons is het dan ook
meteen van 0 naar 100 en dus gaan ze er helemaal in op.
Lange dagen, hard
werken, veel weg, volle agenda, veel geregel. Meer dan in Nederland. En toch
hebben we hier een vakantiegevoel. Misschien dat het door de omgeving komt, de
palmbomen, het mooie weer, de zee, het strand of de groene heuvels en bossen,
maar het is bijzonder om een gevoel van rust te hebben terwijl je wekelijks
tegen de grenzen van je agenda-mogelijkheden aanzit. We horen het hier wel
vaker van mensen die hier al 20 jaar wonen. Een Engelsman (vader van een
teamgenoot van Trent) zei het een tijd geleden al tegen me. Hij woont hier 20
jaar maar heeft het gevoel al 20 jaar op vakantie te zijn. Terwijl hij min of
meer hetzelfde leven leidt al zou hij nog in Engeland hebben gewoond. Wij leven
eigenlijk hetzelfde leven als in Nederland maar toch voelt het anders. Meer als
vakantie, meer rust, meer ruimte. Niet alleen in vierkante kilometers, ik denk
vooral ook vierkante kilometers in ons hoofd.
Maandagochtend ben
ik in de trein getuige van een Aziatische man die zijn ontbijt in de trein eet.
In de trein, op het werk, ontbijten kan overal. Hij heeft een Tupper ware bakje
met 2 boterhammen erin. De boterhammen zijn in 4 stukjes gesneden. Niets
bijzonders. Tot dat hij de broodjes gaat eten. Ik kijk af en toe over mijn iPad
heen om te zien dat hij de broodjes met een lepel eet. Geen vork, niet mijn
handen, maar met een lepel lepelt hij de broodjes op uit het bakje en brengt de
lepel met het broodje naar zijn mond. Bijzonder om te zien.
Half 9 ben ik op
kantoor. ‘Hoe was het weekeinde?’, kan er nog net vanaf maar mijn antwoord is
niet interessant volgens mij want na mijn eerste zin bevind ik mij opeens in
ons maandagochtend overleg. We gaan ‘full on’. Einde van de dag heb ik wederom
een 1 op 1 met mijn manager en merk dat hij mij niet weg wil hebben. Hij zegt
het ook en hij probeert echt op alle manieren mij te helpen. Maar de druk is groot
en ik moet nu echt gewoon 50 adressen per dag bellen. Over een half jaar liggen
er wellicht andere kansen en kan ik me meer op sourcing en accountmanagement
richten, nu is het daar nog te vroeg voor. Ik waardeer de gedachten en de wens
van mijn manager om me (nog) niet te laten gaan. Het laatste uurtje van de dag
up date ik mijn bel lijst om dinsdag te kunnen starten.
Ik krijg bericht
van Sander dat hij deze week terug komt met een reactie op mijn informatie en
documenten. Ik heb de indruk dat het een moeilijk proces is voor hem. Ik kan
het me ook wel voorstellen. Als je 4 jaar voor jezelf werkt is het niet
eenvoudig om ‘de deur open te zetten’ en de weg naar samenwerking te zoeken. En
in dit geval eigenlijk met een vreemde want we kennen elkaar niet en hebben nog
nooit met elkaar gewerkt.
Ik merk via sociale
netwerken en gesprekken dat de concurrentie op packaging gebied erg groot is.
En dan bedoel ik op de functies die er zijn in packaging. Vandaag zie ik een
bericht op LinkedIn dat iemand gefeliciteerd wordt door ‘de markt’ omdat hij
Packaging Development Manager is geworden bij Kellog’s. Daar had ik ook ooit
een brief naar gestuurd. Als je ziet wat een CV deze persoon heeft, waar hij
gewerkt heeft en welke rollen hij heeft gehad dan ben ik kansloos. Helemaal
gezien mijn allochtone status. Een Australiër met zoveel ervaring wint het
altijd van mij. Ik heb het al eerder gezegd maar ik begin onderaan de ladder.
Alleen door netwerken, resultaten boeken en een naam opbouwen kun je de weg
omhoog vinden. Maar het bericht van vandaag doet me even helemaal de moed in de
schoenen zakken.
Maandagavond moet
ik even de zee zien. Of ieder geval de branding even zien want het is
pikkedonker wanneer ik over de boulevard ren en de zee is net zo zwart als de
nacht. Maar even de zee zien, het geluid van de golven horen, het verlaten
Terrigal voelen en mijn hoofd een beetje leeg maken is af en toe gewoon een
‘must’.
Ik heb mijn lijst
met 50 namen en telefoonnummers klaar liggen. Het is dinsdagochtend als ik het kantoor
van Bil P. instap. Daar zit nooit iemand want Bil is de grote Drake baas. Hij
is hier nooit, hooguit 1 a 2x per jaar want hij zit veel in Melbourne, Amerika
en Canada. Ik pik zijn kantoor in om me helemaal af te zonderen zodat ik achter
elkaar kan bellen. Ik neem vanuit zijn kantoor 3 foto’s van het uitzicht. Het
is heel werelds en mondiaal om de kantoorgebouwen om me heen te zien. Het
prachtige uitzicht, het kantoor dat ik ingepikt heb van de hoogste baas en mijn
onverstoorbaarheid helpen niet. Einde van de ochtend kom ik terug op mijn
werkplek en ga alle telefoontjes in ons systeem verwerken. Activiteit moet
gemeten worden en ik zal zorgen dat er een mooi getal achter mijn naam staat.
Afspraken met klanten heb ik niet kunnen maken.
In de pauze ga ik
naar The Strand. Dat is een winkelgedeelte tussen George Street en Pitt Street.
Prachtig jaren 30 stijl, lood in glasramen en hele stijlvolle winkels. Hier heb
ik een hoedenwinkel gevonden en die heeft een hoed die ik heel graag wil
hebben. De winkel is heel klein en lijkt op een kleine, oude boekenwinkel.
Alleen liggen er geen boeken maar alle soorten hoeden in de schappen. Er is
zelfs een rijdende trap tegen de muren geplaatst om de hoeden van de hoogste planken
te kunnen pakken. De verkoper ziet er uit alsof hij uit een plaatjesboek uit de
jaren 30 is gestapt. Oliver Twist komt zo om de hoek lopen en de band die jaren
30 Jazzmuziek speelt zit achterin de winkel. Ik ben in de tijd terug gegaan. Zo
authentiek zie je het niet vaak. Hier heeft iemand een winkel met een passie
voor hoeden. Ik zie rokerige Jazz cafés, paard en wagen voor de deur en mannen
met zakhorloges langs komen. Alles is opeens zwart-wit. De reclame van Old
Amsterdam kaas draait in mijn hoofd. De hoed die ik wil hebben ligt voor mijn
neus. Helaas. Alleen maar XL en ik heb een L nodig. Ik baal. Ik kijk in de
spiegel en wil de verkoper nog een “offer he can’t refuse” maken met een
Corleone imitatiestem, maar ik moet echt een L hebben om op Michael Corleone te
lijken. De L maten komen pas over een paar weken.
Wanneer ik de
winkel uitloop en weer terug ben in 2014 loop ik tegen een schoenenwinkel aan.
Italiaanse en Engelse handgemaakt schoenen. Ze bestaan hier dus wel. Als je
ziet hoe de gemiddelde Australiër eruit ziet denk je dat ze dit soort schoenen
hier niet verkopen. Gelukkig verkopen ze deze prachtige schoenen wel. Of
eigenlijk ook weer niet. Want ik ben bang dat als ik mijn hoedje heb gekocht ik
linea recta naar deze winkel ga om bijpassende schoenen te kopen en ik ben bang
dat mijn bankrekening dat niet gaat trekken.
Mijn manager wil
met de Group Director gaan praten over een oplossing om mij te houden. Hij zegt
zoiets tegen me in de wandelgang en heeft een idee hoe dat zou kunnen. Hij
praat voor zijn beurt maar ik kan het wel waarderen dat hij echt nadenkt en
zijn best doet om te kijken of er mogelijkheden zijn voor mij. Vooral mijn
ervaring wil hij houden want terecht stelt hij dat hij het niet ziet zitten om
de jonge jongens die straks gaan starten naar klanten te sturen. Daar zijn ze
te jong en onervaren voor. Het voelt goed en het doet me goed want blijkbaar
ziet hij wel mijn toegevoegde waarde.
We besluiten om a.s.
zondagmiddag en avond naar Sydney te gaan. Eerst naar Sandra, mijn nicht, en
dan met z’n allen naar Vivid. Dat is de naam van een licht spektakel in Sydney.
In het centrum van Sydney worden verschillende gebouwen, Opera House, Harbour
Bridge verlicht en gezien de foto’s en getuigenissen van mensen die er zijn
geweest, mogen we hoge verwachtingen hebben van dit licht schouwspel.
We merken dat het
nu wel kouder begint te worden. Zo bijna zeggen Hollandse taferelen. Nee, geen
sneeuw en ijs en je auto ’s morgens vroeg krabben maar wel kou en vooral ’s
avonds en ’s morgens vroeg. Op het midden van de dag is het heerlijk en kun je
in je blouse naar buiten maar ’s morgens zoek je je winterjas. De winter komt
er nu dan toch echt aan.
Max is grieperig en
gaat dinsdagavond op tijd naar bed. De paracetamol zal niet helpen want op
woensdag blijft hij thuis. Hoofd, keel, neus; algehele malaise en verkoudheid.
Ook bij mij is er
iets aan de hand want ik ben blij als ik ’s morgens bij het kantoor ben. Het
had niet veel langer moeten duren. Meer dan uur met je billen bij elkaar zitten
is niet grappig!
Ellen stuurt een
foto duur van Jaimy die in zijn ochtend kleding buiten op het balkon staat. De
Lorikeets op zijn arm. Ze zijn nu steeds aan het terugkomen en de groen
gevleugelde vrienden en Jaimy hebben net zoals vorig jaar weer een pact met
elkaar gesloten. Er is iets tussen onze Birdman en die vogels wat wij gewone
stervelingen volledig ontgaat.
Ik bel woensdag
weer vanuit het kantoor van Bil P. met een deels nieuwe lijst met namen en
telefoonnummers. De energie vloeit uit mijn lijf en ik merk dat ik nu echt
klaar ben. Dat roep ik al vaker de laatste weken, maar deze 2 dagen doen me
beseffen dat ik kenbaar moet gaan maken dat ik hier mee ga stoppen. Ongeacht de
gevolgen.
Wat ik wel heel
prettig vind is het feit dat deze baan een duidelijk begin en einde heeft. Mijn
werk begint pas op kantoor en eindigt zodra ik de lift neem naar ground floor.
’s Avonds of in het weekeinde geen mail of belletjes. Heel overzichtelijk.
Sterker nog, hoezeer ik vrijheid nodig heb, het ritme en de structuur vallen me
100% mee. Er zijn zelfs dagen dat ik het allemaal prima vind. Opstaan, autootje
naar Gosford, in de trein lezen en dan een paar minuten wandelen naar kantoor.
Ook wel lekker om te weten waar je aan toen bent.
Woensdagavond
facetimen we met mijn ouders en die glunderen met het nieuws dat ze geboekt
hebben. 19 januari staat met rood omcirkelt in de agenda. De streepjes worden
denkbeeldig op de muur gezet. 7 April gaan ze weer terug naar Nederland. In de
tussentijd 3 weken met de camper naar Victoria. Een mooie trip in een mooi
jaargetijde. Het is nog ver weg maar het is ook vanuit Down Under erg fijn te
weten dat de reis vast ligt.
’s Avonds praten
Ellen en ik wederom uitgebreid over mijn werk. Sander heeft een reactie
gestuurd die prima is. Toch zijn er zaken waar ik over na moet denken. Het is
anders dan 13 jaar geleden met PPM. Toen hadden mijn zakenpartner en ik
dezelfde basis, dezelfde start. Nu is dat anders. Sander heeft al 4 jaar een bedrijf,
een netwerk, klanten, omzet. Ik alleen een grote mond. Het is lastig om een
start te vinden en een beeld van het vervolg. Niet onmogelijk, alleen moeten we
er allebei een goed gevoel over hebben en als de persoonlijke situaties te ver
uit elkaar liggen moeten we elkaar een hand geven en stoppen.
Donderdag regent
het als ik naar Gosford rij. Australiërs rijden al slecht maar met regen is het
helemaal een drama. Continue op de rem staan, langzaam rijden en vooral op de
snelle baan blijven hangen. We hebben afgelopen week geleerd dat Ellen en ik na
6 maanden (eind juli) ons rijbewijs kunnen overschrijven naar een Australisch
rijbewijs. Op dat moment kunnen we met Trent gaan autorijden. Dat mag niet met
ons Nederlandse rijbewijs. Moet Trent nog wel het theorie examen halen, iets
waar hij nu serieus werk van maakt.
De regen lijkt de
kantoorbewoners uit te gummen zoals een gum een potloodstreep laat verdwijnen.
Het lijkt wel zaterdagochtend zo rustig is het donderdag in CBD. Weinig mensen
op straat, motregen en ik mis zelfs de drukte van de stadsbussen. Heb ik iets
gemist? Nee, niets gemist.
Over donderdag en
vrijdag op het werk ga ik het niet meer hebben. Mijn manager doet echt zijn
best maar hij ziet mij nu in een vrije val uit het zicht verdwijnen. Hij is
vrijdag niet op kantoor, ik heb dus met MJ de ruimte om er een rustig dagje van
te maken.
Ik ben begonnen in
het boek over Chistiano Ronaldo. Aanrader. Je gaat anders naar deze voetballer
kijken als je leest hoe zijn leven is verlopen. Ik lees met een dubbele bril.
Niet alleen het boek over Ronaldo, ook de andere boeken die ik lees gaan over 1
onderwerp: passie. De passie, bezieling, geloof, vertrouwen, de honger naar het
hoogste in sport, een doel, een idee, een geloof in een droom. De grootste
namen in onze moderne geschiedenis zijn vroegtijdig gestopt met school. Waarom?
Omdat hun passie zo groot was dat ze niet konden wachten om aan hun droom te
beginnen. De kennis in het klaslokaal voegde geen waarde toe aan hun droom. Het
onderwerp ‘passie’ (en alles wat daarbij hoort zoals bezieling, honger,
energie, doelen, vertrouwen, geloof) is deze week al een paar keer onderwerp
van gesprek tussen Ellen en mij.
Ellen is bezig om
een product uit Nederland in Australië te gaan verkopen. Daar moet een
businessplan voor komen, geld, marketing, sales etc. Hartstikke leuk. Gaat dat
lukken? De enige manier waarom het zou gaan lukken is als Ellen het met passie
gaat verkopen, tijd gaat maken en zich niet laat afleiden door
randverschijnselen. Als je met passie over een product praat hoef je het niet
te verkopen. Dat gaat bijna vanzelf. Je neemt mensen mee in je enthousiasme.
Hetzelfde geldt
voor mij. Recruitment is geen passie dus op een verloren race als je iets moet
opbouwen. Om met Sander te gaan samenwerken moet ik passie en beleving voelen
anders is het een verloren race. Het product/dienst wat we gaan aanbieden, de
markt, de samenwerking, het moet allemaal kloppen. Het gevoel moet erin zitten
anders hoeven we er niet aan te beginnen.
Wanneer Ellen en ik
terug kijken op 24 jaar Roy en Ellen dan concluderen we dat de zaken die we
succesvol hebben verwezenlijkt alleen maar hebben gedaan vanuit passie. De
passie en de honger om het doel te halen heeft de angst om te falen weg
gehaald. Of het nu reizen waren of de start van PPM, er was geen angst. Alleen
maar de heilige overtuiging en het vertrouwen dat het goed kwam en passie over
het onderwerp waar we mee bezig waren. Idem voor de laatste maanden. Als je in
november besluit om terug te gaan naar Australië maar nu met je eigen spullen
en meubilair en je wilt 2 maanden later in Australië zitten, dan zijn er
heuvels en bergen om overheen te komen die hoger zijn dan de Himalaya. Maar wij
hebben het gedaan zonder twijfel en we hebben geen berg gezien. Ze waren er
namelijk niet. Passie laat de angst om te falen verdwijnen. Voordat Anthony
Robbins en Emiel Ratelband het van mij overnemen is het onderwerp ‘passie’ een
heel belangrijk onderwerp momenteel voor ons. Wat we gedaan hebben, wat we
bereikt hebben maar vooral wat we gaan doen heeft met passie te maken. Willen
we hier slagen dan kan dat alleen maar als we ons met zaken blijven bezig
houden waar we achter staan. Werk is daar een groot aandeelhouder in. De droom
om hier te blijven wordt vanzelf gerealiseerd als we niet bezig zijn met het
doel maar met een succesvolle reis.
Tegelijk maken de
omstandigheden waarin we leven het moeilijk en laten we ons verleiden. Gedachten
dat we concessies moeten doen in werk, in geld, in ‘zekerheid’. We hebben geld
nodig, we hebben 4 kinderen die nogal wat kosten, een hypotheek in Nederland en
een huurhuis in Australië, visum-perikelen en het opnieuw opbouwen van een
“carrière” zijn allemaal zaken die als een duivel in je hoofd werken en je doel
in de weg kunnen staan. Gelukkig staan wij 1-0 voor ten opzichte van de duivel
want we zijn het ons bewust. We hebben het er regelmatig over en dat blijven we
doen. De lessen uit het verleden en de kennis van vandaag zorgen dat we moeten
kiezen voor passie. Want alleen dan kunnen we slagen.
Ondanks de regen ga
ik donderdagavond nog even rennen. Vermoeidheid zou me eigenlijk op de bank
moeten laten zitten maar ik ga toch. Even de buitenlucht in mijn longen voelen.
Wanneer ik terug kom heeft Jaimy een verrassing. Hij mag meedoen aan de
State-wedstrijd met de 3 km hardlopen. We hadden het niet goed begrepen en
dachten dat hij nu voor de Central Coast wedstrijd mee mocht doen, maar dat was
de laatste wedstrijd toen hij 14e werd. Nu doet hij mee met de
State-wedstrijd, m.a.w. heel NSW doet mee. Jaimy is er nuchter onder want hij
ziet zich niet als favoriet. Meedoen is een feestje. Of Morris nog moet starten
is onduidelijk.
Morris heeft
aangegeven dat hij wel naar Nederland wil. Hij mist het buitenspelen met zijn
vrienden. Zoals dat in Nederland gaat, gaat het hier niet. Kinderen spelen ’s
zomers meer buiten en nu is het winter en zit hij veel binnen. En een vriendje
heeft hij niet in de buurt. We hebben wel met hem te doen. Ellen praat met hem
en gaat met hem op zoek naar een buitensport na school. Ik praat ook met hem en
vertel hem dat we niet terug gaan. Ik ben maar zo duidelijk mogelijk. Ik
probeer hem duidelijk te maken dat wij hij mist uit Nederland we hier gaan
proberen voor elkaar te krijgen. Ik vertel hem dat we allemaal weer zaken
moeten opbouwen die we kwijt zijn geraakt met onze verhuizing naar Australië.
Het heeft even tijd nodig maar het zal goed komen.
Wanneer de trein
vrijdagochtend vertrekt vanaf Gosford heeft het de hele nacht geregend. De
kranen staan wijd open in de hemel. Ik moet glimlachen als een Indiër bij
vertrek de plaatsnamen omroept waar de trein gaat stoppen. Australië is een
multiculturele samenleving en dat merk je aan alles. Het is alleen een
uitdaging om deze Indiër te begrijpen met zijn sterke Indiase accent. Dat heb
ik met werken ook als ik een Indiër aan de lijn heb deze omroeper is nog
slechter te verstaan. Ik versta er geen woord van en ik ben zeker niet de
enige. Als je je ogen dicht zou doen zou je denken dat je in India bent i.p.v.
Central Coast Australië. De trein komt in beweging. Gelukkig weet ik alle
plaatsnamen al lang uit mijn hoofd.
Namaste. Fijn
weekeinde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten