“Let
It Be”
John Lennon
Het weekeinde is op
verschillende manieren erg wisselend. Heerlijke, zonnige zaterdagochtend en zondagmiddag op het strand, leuke voetbalwedstrijd van Trent op zondag tegen
Woy Woy (4-0 winst), BBQ met Ierse vrienden op zaterdagavond, maar ook even een
mentale dip. Geen zware inzinking, maar in het weekeinde merkte ik dat ik het
vechten even zat ben. En als meest memorabele moment het bericht op zondagavond
dat mijn oma is overleden.
De mentale dip is
vooral ingegeven door vermoeidheid. Ten eerste is het gevecht met Accom, ons
appartementen verhuurbedrijf, begonnen. Het mailtje wat ik vrijdagavond van hun
krijg maakt me heel erg boos. Natuurlijk kost het geld als je 4 weken eerder
uit een appartement gaat dan afgesproken, maar de toon maakt de muziek. En om
nu meteen met getallen en bedragen te gaan gooien lijkt mij niet verstandig.
Eerst maar even overleg zou ik zeggen. Ellen heeft een goede relatie met het
bureau en vertrouwt erop dat ze aan een goede oplossing gaan werken, maar ik
ben er klaar mee. Ze zijn onze ‘vrienden’ niet hoe aardig ze ook zijn. Het is
ieder voor zich en god voor ons allen. Het gaat uiteindelijk om geld. Het gaat
niet om ons.
Diezelfde vrijdagavond
krijgen we bericht van het Australische verhuisbedrijf dat samenwerkt met ons
verhuisbedrijf in Nederland (Stoof). Vanaf nu hebben we met de Australiërs
contact over de aflevering van onze spullen, onze verhuisvriendin heet Kristen.
Maar ook dit gevecht om onze spullen hier te krijgen is begonnen. Het
Australische verhuisbedrijf geeft aan dat er extra kosten worden gerekend als
de vrachtauto meer dan 30 mijl vanaf de haven Sydney moet afleveren. Wij wonen
verder dan 30 mijl van Sydney. Duh. Wij hebben door-to-door afgesproken en zo is
alles ook bevestigd. Dus gaan we bellen, mailen en uitvinden wat dit eventueel
betekent voor ons. En natuurlijk komt de bevestiging uit Nederland dat het
inderdaad door-to-door is, maar waarom staat dat dan niet goed in de
bevestiging van de Australiërs?
Over de douane nog
maar even bekijken wat het gaat worden. We willen graag bij de douane inspectie
aanwezig te zijn als onze spullen binnen zijn. Dat schijnt te kunnen en dan ben
je erbij als er vragen zijn over spullen. Kan een hoop ellende schelen.
Ook de makelaar
waar we ons nieuwe huis van gaan huren kleeft nu al gedoe. Dat weten we nu al.
We hebben namelijk te maken met de ‘bitch van Terrigal’. Ze is berucht om haar
2 gezichten. In het begin van een mogelijk verhuurtraject is ze buitengewoon
vriendelijk en behulpzaam, maar zodra je handtekening staat lijk je als een
vlieg gevangen te zitten in haar web. Waar zit het probleem? Borg. Je betaald
hier meestal 4 weken borg, wij dus ook. Makelaars proberen na de huurperiode zoveel
mogelijk van je borg achter te houden omdat ze een kras op de muur zien, of een
vlek, die er volgens hun niet zat toen je het huis ging huren. Een bekend
probleem waar menigeen al problemen mee heeft gehad. Want ze houden een deel
van je borg in maar laten de kras of de vlek niet maken, verven of repareren.
Kassa! Maar deze dame is de ‘mother of all bitches’ en iedereen die met haar te
maken heeft gehad heeft problemen gehad. Maar ja, wat doe je er aan als deze
makelaar een huis in de verhuur heeft wat je wilt hebben? We gaan bij de
oplevering volgend weekeinde op onze knieën door het huis en ik ga diezelfde
dag nog 400 foto’s aan onze makelaar mailen met krasjes, vlekjes, scheurtjes of
iets wat er op lijkt. We gaan ons vreselijk goed indekken.
We zullen
ongetwijfeld nog meer voor ons kiezen krijgen. Dat geeft op zich niet, het
hoort ook bij het avontuur, bij het opstarten van een leven in een ander land.
Andere gewoonten, andere manieren en we zijn als immigranten waarschijnlijk ook
ene mooie prooi. En niet allen voor makelaars. Autodealers, overheid,
verzekeraars, iedereen plukt graag een vruchtje mee. Ik wil niet klagerig
overkomen (wij wilden dit tenslotte zelf), maar soms is het even zwaar en wil
je gewoon dat dingen als vanzelf gaan. Of dat een ander het regelt. Dat het
kwartje de goede kant opvalt. Ons zelf gekozen pad is af en toe vermoeiend. Als
ik met mensen praat die namens een bedrijf hier zijn gekomen dan hebben ze nog
niet hun eigen spullen hoeven in te pakken. Het tijdelijke werkvisum komt in 4
dagen (echt waar) en het huis en de auto staan klaar bij aankomst. Als er al
een probleem is wordt het door het bedrijf opgelost. Nogmaals, we zijn niet
zielig, maar ons pad staat voor vechten, knokken, vallen en weer opstaan omdat
we alles zelf moeten doen. En soms heb je gewoon even die 8 tellen rust nodig
om weer op te staan om de volgende ronde te halen.
In het weekeinde
maakt Jaimy ons en beetje gek. Hij is bezig met het aanschaffen van een surf
board, maar kijkt ook naar body boards, flippers en een hoes voor zijn surf
board dat hij nog moet kopen. Hij zoekt op internet en komt met van alles en
nog wat aanzetten. Ook aanbiedingen die 8 uur autorijden hier vandaan zijn.
Jaimy gaat altijd grondig te werk en maakt er een gedegen marktonderzoek van.
Alleen wij worden een beetje dol van hem want iedere 2 minuten moeten we op
zijn iPad kijken wat hij nu weer heeft gevonden.
Trent ziet het strand
niet veel. Hij zit liever achter zijn mini iPad van school, maar niet voor
huiswerk. Hij gaat af en toe wel zwemmen in het zwembad van ons complex, maar
body boarden, vissen of gewoon naar het strand laat hij momenteel aan zich
voorbijgaan.
Zondag ga ik met
hem mee naar Mangrove want daar speelt hij met Terrigal United tegen Woy Woy.
Een oefenwedstrijd. Bij aankomst zie ik dat mannen van Woy Woy al echte mannen
zijn. Niet verwonderlijk want het is een ‘open age’ team, van alle leeftijden.
Dat is te zien want dit zijn geen 16 jarige jongetjes. Nee, dan Terrigal. Daar
zitten echt 16-jaige jochies in en van sommige spelers gaan de benen 2x in die
van Woy Woy.
Maar Tony Macaroni
heeft zijn team goed opgesteld en voorbereid. Fel, kort dekken en geen ruimte
weggeven. Het is erg zwaar onder de hete zon, maar Terrigal wint met 4-0.
Terwijl ik Facetime
met de hele club van “’t Veld” is Max zondagochtend al om 8.45 (!) uur aan het
trainen in Erina. Ellen is meegegaan en blijft de training kijken. Daarna
hebben Ellen, Max, Jaimy en Morris een stranddag terwijl ik met Trent mee ben
naar de wedstrijd tegen Woy Woy.
Zondagavond om half
9 krijgen we via Facetime bericht van mijn ouders dat Oma Vegter is overleden.
Mensen die het hebben meegemaakt als je ‘op de dood wacht’, weten dat het dan
eerder een opluchting is dan direct verdriet. Zo ook met oma. 97 Jaar en ik
denk dat ze letterlijk nog nooit een ziekenhuis heeft gezien zo sterk en gezond
was ze. Zelfs zo sterk dat al 1 ½ week
haar lichaam aan het ‘afsterven’ was. Volledig op, verteerd en klaar om te
gaan, maar het hart en de longen in combinatie met de laatste prikkels van de hersenen
lieten haar in leven. Ze herkende mijn ouders niet meer op het laatst en lag te
wachten op het einde. In die zin is het gelukkig voorbij, ook voor mijn ouders
en in het bijzonder voor mijn vader. Maar het verdriet zal er niet minder om
zijn. Uiteindelijk breng je straks toch je moeder weg.
De ‘laatste der
Mohikanen’ zou ik haar noemen. Ze was de laatste van mijn opa’s en oma’s en ze
was de laatste van een generatie die de oorlog heeft meegemaakt, geboren in de
jaren 10 van de vorige eeuw. Mijn oma’s stonden voor fijne jeugdherinneringen.
Warmte, gezelligheid, verjaardagen. Ik zie vergeelde foto’s uit de jaren 70,
mijn broer en ik met bruine ribbroeken en oranje geruite blouses met te lang
haar. Bruine meubelen, grote oranje motieven op de muur, schitterende retro
meubelen. Hier en daar een zwart wit foto. Een kamer vol met familie, witte
blouses, een stropdas en een hoed vastgelegd in vele tinten grijs. Zittend in
een kring of aan een tafel, vereeuwigd door de camera. Opa’s en oma’s met een
sigaret en een borrel, soms met een spelletje kaart. Als kind wachtte we altijd
op opa’s en oma’s bij het raam om te kijken of de auto er al aan kwam als er
een verjaardag was. Wat was het een blijdschap als ze weer de hoek omreden.
Alsof het een paar keer per jaar Sinterkaas was die aankwam. Er zijn veel
herinneringen die allemaal gekenmerkt worden door een lach en een traan, door
geluk en verdriet, door de tekeningen die het leven achter laat op een ieders
ziel. Om uiteindelijk het oude, versleten lichaam te verlaten en de ervaringen,
de lessen en de warmte te bewaren in herinneringen. Die warme herinneringen
nemen we mee en vergeten we niet. Het fotoboek met de vele plaatsjes, foto’s en
herinneringen moet af en toe open om een afgesloten tijdperk niet te vergeten.
Het tijdperk van de opa’s en de oma’s. Met dankbaarheid en genegenheid laten we
oma gaan. Het is mooi geweest. Rust zacht.
Het bericht van het
overlijden van oma heeft op Jaimy de meeste impact. Dat is te verwachten. Zijn
gevoeligheid maakt hem verdrietig en hij loopt dan even tegen zijn eigen
grenzen aan. Hij weet dan even niet wat hij met zichzelf aan moet. Er is ruimte
voor zijn verdriet, de afstand met Nederland zal het niet makkelijker maken, in
ieder geval kan hij moeilijk in slapen vallen.
Bij het ontbijt op
maandagochtend is het nog niet veel beter. Aan de ontbijttafel moet hij even huilen
en we laten hem even zijn gang gaan. Uiteindelijk hervind hij zich en gaat naar
school.
Morris sliep
zondagavond al toen het bericht kwam en die praten we maandagochtend bij. Hij
begint meteen te huilen. Uiteindelijk gaat het wel en wandel ik met hem naar
school. Maar of het nu door het bericht van oma komt of niet, Morris is
chagrijnig en moe. Hij klaagt over het feit dat we wandelend naar school gaan en
zijn benen willen volgens Morris niet meer. Het kan ook te maken hebben met het
feit dat hij in de lunch bij juf moet komen met Kael omdat ze straf hebben voor
iets wat vrijdag is gebeurd. Niets heftigs, ik denk zelfs een misverstand, maar
deze maandag begint voor Morris niet zo fijn.
Max is verdrietig
maar ik merk dat hij er rustig mee omgaat. Hij begrijpt dat dankbaarheid
momenteel de boventoon voert. Wanneer hij naar bed gaat hebben we een gesprek
over de dood en het feit dat het leven eindig is. Het bewust worden van je
sterfelijkheid vind Max niet zo een leuk gevoel. Hij weet dat het leven op een
dag op houdt en voor die tijd moet je proberen leuke, fijne en vooral goede
dingen te doen in het leven. Hij valt snel in slaap.
Trent horen we niet
over oma. Heel even hebben we het er over gehad zondagavond, maar Trent uit
zich niet. Trent gaat onverdroten door met zichzelf en zijn eigen wereld.
De maandagochtend
schiet voorbij. Daar baal ik van want ik heb het nodige te doen voor volgende
week maandag als ik ga starten bij Drake. Maar er is genoeg te regelen om op te
starten in het nieuwe huis en we hebben ook nog de Prado waar we een gevecht
over gaan leveren.
Ellen is met de RAV
naar een garage gegaan in Kincumber die ze nog kent van vorig jaar en de garage
zorgt dat we goedgekeurd worden om weer een jaar te kunnen rijden. We moeten
dan nog wel langs de RTA en weer een heleboel centjes betalen (soort jaarlijkse
wegenbelasting), maar dan zijn we weer een jaar klaar om legaal door Australië
te mogen crossen. We gaan de RAV wel laten repareren op sommige punten, maar
hopelijk gaat dat meevallen.
De Prado is een
echt issue aan het worden want ook de garage in Kincumber geeft aan dat de
Prado nooit aan ons verkocht had mogen worden omdat de remmen niet goed zijn.
Schijnt dat er ook een soort commissie (Fair Trade) is waar je terecht kan als
het een discussie gaat worden tussen de dealer en ons. Stelling is dat de
dealer waar we de Prado de auto gekocht hebben de remmen moet laten maken. Nu
ken ik de dealer een beetje en die gaat geen remmen betalen is mijn
inschatting. Ellen gaat dinsdag met de Prado terug naar de dealer.
Verder houden we
ons bezig met spullen die we nodig hebben in het nieuwe huis om te kunnen
‘kamperen’ in ons nieuwe onderkomen. Internet, TV en telefoon is inmiddels
geregeld. Unlimited internet, wat we willen we nog meer! In de loop van de week
verzamelen we matrassen mede dankzij Toz en Sonja. De borg en de aanbetaling
voor 3 maanden huur is gedaan. Yvonne (de makelaar bitch) kan tevreden zijn.
Het opstarten van
een ‘nieuw’ leven in korte tijd betekent ook dat we sommige dingen nog moeten
regelen die best belangrijk zijn. Bijvoorbeeld verzekeringen. We zijn momenteel
niet voor alles verzekerd en dat moet eigenlijk wel. Ook zullen we binnenkort
aan de slag moeten met de voorraad van Jaimy zijn diabetes medicijnen. We
hebben nog genoeg voorraad, maar we zullen straks zelf alles moeten
aanschaffen. En Jaimy moet periodiek gecontroleerd worden in het ziekenhuis van
Gosford. Dat hebben we vorig jaar ook gedaan en dat is prima verlopen, maar dat
moet ook weer opgestart worden. Ik denk dat als we straks klaar zijn (als je
ooit klaar bent) we een periode van 4-5 maanden nodig hebben gehad om helemaal
op te starten en alles geregeld te krijgen. Om in alle systemen en databases
terecht te komen en alles zo geregeld te hebben dat alles normaal reilt en
zeilt.
We merken dat
steeds meer zaken in Nederland nu afgerond zijn, afgerekend, en dat alleen
belastingzaken en zaken m.b.t. ons huis af en toe binnen komen. Dat is fijn,
want zo sluiten we soms letterlijk zaken af.
Maandag in de
namiddag genieten we even een uurtje van het strand. Het is super weer. Niet te
warm, zonnetje en prachtige golven voor de jongens om te surfen.
Het leven is
Australië kent voor ons nog steeds verrassingen. Nu weer het voetbal. We hebben
veel geld betaald voor contributie, helemaal als je het vergelijkt met andere
sporten hier. De voetbal-hiërarchie is nogal kostbaar want je betaald voor de
club, de regio (Central Coast), de staat (NSW) en het land (Australië). We
hadden afgelopen weekeinde al het genoegen om 5 dollar mee te moeten nemen naar
de wedstrijd van Trent om de scheidsrechter te betalen. Tip voor alle
scheidsrechters in Nederland, laat je betalen! Maar goed, we leven in een ander
land en zaken gaan nu eenmaal anders in het land Down Under.
Maandagavond worden
we onaangenaam verrast door een mail van de manager U13, het team van Jaimy. Of
we er allemaal nog wel even aan willen denken 90 dollar te betalen voor games
fees (scheidsrechter) en trainingen. Trainingen? Ja, trainingen. in Tumbi, hier
ca. 20 minuten rijden vandaan kun je altijd trainen door de betere velden in
Tumbi. Hier in Terrigal is het blijkbaar niet goed. Waarom heeft niemand dat
ons verteld? 1x Per week moet Jaimy in Tumbi trainen en wanneer we Toz even
gebeld hebben of dit normaal is, blijkt dat haar zoon vorig jaar nooit in
Terrigal heeft getraind. 1x Per week naar Tumbi en naar een plaats vlakbij Gosford.
Right. Met 1 kind die op voetbal zit is het nog wel te doen, maar hoe doe je
dat met 4 kinderen op voetbal!? Hoe gaan we dit logistiek doen? En waar betaal
ik 195 dollar contributie per kind voor? Ik heb het stoom uit mijn oren en
Ellen is bij wijze van spreken in staat alle jongens van voetbal te halen. Want
krijgen we morgen een zelfde mailtje van het team van Max? En overmorgen van
Morris? En gaat Tony Macaroni ons binnenkort vertellen dat we in het vervolg in
Mangrove trainen? Ik denk dat we iemand in dienst moeten nemen die de jongens
gaat rondrijden. Ik ga vanaf volgende week hoogstwaarschijnlijk werken en kom
laat thuis. Onmogelijk kunnen we een paar avonden per week heen en weer rijden.
En al zou ik niet laat thuis zijn, we kunnen onmogelijk ons zelf opsplitsen. We
mailen de manager van U13 ons ongenoegen en willen graag toelichting. A.s.
zaterdag heeft Jaimy een oefenwedstrijd en een teammeeting. Dan worden dit
soort zaken ook besproken.
Dinsdagochtend
staat in het teken van voorbereiden op mijn werk bij Drake. Ellen is naar
Gosford om ’s morgens te werken, daarna gaat ze naar de autodealer om over de
remmen van de auto te discussiëren en kan ze zich daarna nog even uitleven in
Erina om enkele boodschappen te halen. M.a.w. ik zou het huis tot in de
(na)middag voor mij alleen hebben om te werken, maar dat verloopt anders. Ellen
belt rond lunchtijd of ik haar kan komen halen bij de autodealer want de auto
blijft daar achter. Ze gaan ‘m laten maken. Duh!? De eigenaar van het
dealerbedrijf is aanwezig als Ellen er is en hij wil niet dat Ellen nog rijdt
in de auto gezien de slechte staat van de remmen. Nou, dat is een goede
ontwikkeling. Geen idee of er een rekening komt of een discussie, maar het feit
dat ze meteen erkennen dat dit niet kan en maatregelen treffen doet ons goed.
We laten meteen de hele lijst met aandachtspunten achter, wie weet kunnen ze
daar ook nog wat aan doen. Aangezien we op de terugweg langs Erina rijden doen
we samen boodschappen. Mijn werkdag wordt zo wel enorm ingekort.
We krijgen een
keurige, uitgebreide mail van de manager van U13 van Terrigal United en het
blijkt dat de trainer waarschijnlijk een schema voor het hele seizoen in elkaar
gaat zetten om zo efficiënt mogelijk het transport naar Tumbi te regelen
waardoor je als ouder misschien maar 1x per 3 weken een keer moet rijden. Dat
klinkt al beter. Er is volledig begrip voor ons standpunt inzake bijbetalen. De
belachelijke hoge kosten om te voetballen in Australië zorgt er zelfs voor dat
kinderen weggaan en andere sporten gaan beoefenen. Maar als ouders niet
bijbetalen kunnen ze niet trainen. Het probleem met Duffy’s, ons
voetbelterrein, is het feit dat het veld gespaard moet blijven voor Cricket en
als het 2 druppels regent wordt alles afgelast. De conclusie is dat Terrigal
United dus eigenlijk geen veld heeft, geen trainingsfaciliteiten en dat ouders
bij moeten betalen om hun kind elders te kunnen laten trainen. We laten het
maar even rusten tot de oefenwedstrijd a.s. zaterdag.
Ik sluit me in de
middag op in de slaapkamer met mijn laptop en ga verder met mijn
voorbereidingen voor mijn nieuwe carrière. Trent gaat vanavond niet naar
Mangrove om te trainen, hij heeft last van zijn voet. Het valt allemaal wel
mee, maar volgens mij heeft Trent het ook even gehad met het heen en weer
rijden. ‘s Morgens 3 kwartier met de bus naar IFS en ’s middags 3 kwartier
terug. En ‘s avonds uur 3 kwartier met de auto naar Mangove en weer 3 kwartier
terug. Het is inderdaad een beetje veel van het goede. Hij gaat ’s avonds met
een schoolvriend naar een wedstrijd van de Mariners tegen een club uit Japan
voor de Azië/Australië Champions League. Mariners winnen met 2-1.
Vlak voor het eten
krijg ik een mailtje van Drake. Mijn contract kan niet worden afgerond want er
is iets met mijn visum. De HR directeur van het hoofdkantoor in Melbourne geeft
aan dat mijn visum een ‘business owner’ visum is en dat ik dus een bedrijf moet
starten en niet in dienst kan komen bij Drake. Of beter; het zou uitgezocht
moeten worden. De Managing Consultant die mij aanneemt in Sydney is er wat
onrustig over want ik had toch gezegd dat het geen probleem was om op dit visum
te kunnen werken. Ik stel hem gerust dat het kan en ik stel voor mijn migratie
agent met hem te laten bellen. Morgenochtend, first thing. Zo kunnen zaken
opgehelderd worden en kunnen we de zaken afronden. Goed plan. Ik bel Anna
Maria, onze migratie agent, en die belt hem morgenochtend meteen op. No
worries. Maar waarom merk ik dat in de minuten na het telefoongesprek ik
eigenlijk helemaal niet rustig ben? Ik deel het gesprek met Ellen en die kijkt
ook niet blij. Zou het kunnen? Zou het kunnen dat ik hier niet zou kunnen
werken in loondienst met mijn visum? Wat moeten we dan? Dan hebben we echt een
mega probleem. Nee. We hebben alles met Anna Maria besproken in Nederland en ze
kent bij wijze van spreken onze situatie nog beter dan wijzelf. Morgenochtend
maar even afwachten op het verlossende telefoontje, maar ik merk dat het me ’s
avonds toch bezig houdt.
Zoals ik
gisterenavond tegen een vriend van mij vertelde via Facetime, iedere dag
gebeurd er wel iets dat we niet verwachten. Never a dull moment. Maar wat ons
betreft is het wel goed zo. We zien graag de kwartjes vanaf nu de goede kant op
vallen.
We kunnen niet bij
de douane inspectie aanwezig zijn van onze spullen. Onze nieuwe verhuisvriendin
Kristen is er wel bij. Ellen benadrukt dat we alles schoon hebben geboend en
dat ze ons moet bellen als er iets is. Laten we hopen dat er een engeltje
meekijkt en dat het vrijgeven van de douane van onze spellen snel en soepel
verloopt.
Het surfen van Max
en Jaimy gaat steeds beter. Het is heel gaaf om te zien hoe ze blijven staan op
het surf board en steeds beter balanceren en op golven ‘dansen’. Morris
probeert het ook af en toe, maar die blijft vooral body boarden.
Bericht uit
Nederland leert dat mijn oma maandag 17 maart wordt gecremeerd. De
voorbereidingen zijn getroffen, de bloemen worden geregeld, de rouwkaart is
naar de drukker. Het is soms bijzonder hoe bepaalde getallen en data steeds
terug keren op een bepaald moment in je leven. Op 17 maart komen blijkbaar
enkele zaken samen want op 17 maart komt onze container aan in Sydney en begin
ik met werken. Eerst was het nummer 23 dat in alle opzichten met ons Australië
avontuur was verbonden en dan vooral met de verschillende data waarop we heen
en weer vlogen. Steeds weer de 23e. Of het nu augustus 2012 was,
april 2013 of januari 2014. Maar nu is 17 maart dus blijkbaar een belangrijke
dag voor ons want er gebeurt veel die dag.
Zoals ik al zei,
iedere dag gebeurt er wel iets. Dus ook op woensdag. Om te beginnen zijn Anna
Maria en ik bezig om alle ins en outs van mijn visa uit de overheidssystemen te
halen om bewijsmateriaal aan Drake te kunnen mailen. Wanneer ik met Ellen op de
parkeerplaats bij de NRMA sta om e.e.a. te regelen (autoverzekeringen), sta ik
bijna 3 kwartier telefonisch in de wacht alvorens iemand mij een password kan
geven om mijn eigen visum details op te zoeken. Ik geef het password aan Anna
Maria en die kan bevestigen dat er geen restricties of andere voorwaarden
kleven aan mijn visum. Goed nieuws dus. Ze mailt het document naar Drake en
heeft later op de dag contact met Drake. Laten we hopen dat het aan de kant bij
Drake z.s.m. in orde komt want dit geeft een soort stress wat we niet kunnen
gebruiken.
Bij de NRMA
verblijven we om de autoverzekering te regelen voor onze 2 rijdende
kostenplaatjes. Dat is in Australië echt even wennen. Ten eerste betaal je bij
de RTA (overheid) “rego”, dat is een soort wegenbelasting/registratie fee die
je moet betalen anders mag je niet rijden. Dat is al snel een paar honderd dollar
per jaar per auto. Maar die kun je niet eerder betalen en daarmee je
registratie verlengen alvorens je een greenslip hebt. De greenslip is een
verzekering die je moet afsluiten om ieder geval gedekt te zijn i.v.m.
ongelukken. Dat is een aardig sommetje wat ze daar voor rekenen. En dan
verzeker je nog je auto i.v.m. schade en de gevolgen van de schade voor jou
en/of de andere partij die betrokken is bij een ongeluk. Het is even uitzoeken
wat het beste bij ons past en in welke constructie we niet meteen failliet
gaan. Het goede nieuws is dat we de verzekeringen voor de auto’s meteen voor
een jaar aftikken en de greenslip en RTA voor een half jaar betalen. Dat is ook
beter want mocht je de auto verkopen, verkoop je ook je “rego”. Je ziet hier
bijvoorbeeld auto’s te koop staan voor een bedrag en dan daarbij een zinnetje
hoelang er nog “rego” op zit. Dat kan aardig schelen als blijkt dat er nog een
half jaar of langer “rego” op zit. De road service (wegenwacht) hadden we al via
de NRMA geregeld voor de Prado en de RAV4 is nu ook toegevoegd, dus zijn we
denk ik ‘klant van de dag’ bij de NRMA. We rijden ieder geval met een verzekerd
gevoel weg.
Voordat we onze
vrienden van de RTA bezoeken om de “rego” van de RAV4 te betalen en dus de
registratie te verlengen (de Prado moet pas in mei) gaan we kijken naar
koelkasten, TV’s, broodroosters en frituurpannen. Er valt aardig wat te shoppen
en zoals het er nu naar uitziet worden we binnenkort ‘klant van de dag’ bij
Harvey Norman, een grote retailer in Australië.
Zodra we meer
duidelijkheid hebben over de verhuizing naar ons nieuwe huis en wanneer we het
appartement verlaten zullen we gaan inkopen.
Bij de NRMA hadden
we een belletje gekregen van de High School dat Jaimy niet lekker was. Hij lag
even in de ‘ziekenboeg’. Hij was al om 8 uur op school om mee te doen aan de
eerste hardloopwedstrijden bij Duffy’s, die verband houden met het Athletics
Carnaval (atletiek sportdag) op donderdag. Woensdag voor schooltijd waren de
eerste wedstrijden al i.v.m. een krappe planning op de sportdag. En Jaimy deed
natuurlijk mee en wellicht dat hij daardoor een lage bloedsuiker had. Na een
pakje appelsap is hij dan weer in orde.
Om kwart over 3
gaat weer de telefoon. Jaimy: “ik kan mijn fiets niet vinden, hij is weg”. OMG.
Dat zal wel te maken hebben met vanmorgen toen hij een hypo (lage bloedsuiker)
had denken wij. Hij had zojuist al bij Duffy’s gekeken, bij school alles
nagezocht, maar geen fiets. Ik spring in de auto en rij naar school. We hebben
overleg met de conciërge en mocht de fiets van Jaimy op school gestolen zijn
dan is hij de eerste in 10 jaar tijd. We geloven ook niet dat de fiets op
school is gestolen. Jaimy heeft voor 1x zijn ochtend ritme verandert door aan de
hardloopwedstrijd voor schooltijd mee te doen en waarschijnlijk is het daar mis
gegaan in zijn hoofd. Jaimy is aangeslagen merk ik en ik rij met hem naar Duffy’s
om te zoeken, dat is aan de andere kant van de school. Geen fiets. Wanneer ik
met Jaimy praat komen we er achter dat Jaimy zijn fiets wel op slot heeft gezet
bij Duffy’s, maar niet aan een boom of iets anders. Hij had geen hypo na de
wedstrijd. Na de wedstrijd is hij zijn fiets vergeten en naar school gelopen
met de rest van de deelnemers. Voor wie Jaimy kent weet dat dit kan gebeuren,
hij is soms wat verstrooid. Maar het neemt niet weg dat dit heel zuur is. 4
Weken oude fiets en helm weg, 125 dollar weg. Ik kook van woede als ik nadenk
welke randdebielen een fiets zien staan, hun auto er naast zetten en de fiets
inladen. Als je de plek zou zien aan de randweg dan weet je dat het alleen op
deze manier gegaan kan zijn. Geen kwajongens, geen vandalisme, nee, iemand
heeft ‘m met de auto meegenomen. Central Coast Trash op z’n best. Hoe laf om de
fiets van een kind te jatten. Op Jaimy zijn we wel en niet boos. Hij is aangeslagen
en verdrietig, hij doet het niet expres, maar het is ook geen potlood of kopje
koffie dat je kwijt raakt. Een fiets en helm zijn weg omdat hij het vergeten
is. Toch kiezen we de kant van mededogen en praten we over hoe we dit kunnen
voorkomen in de toekomst. Hij gaat ieder geval op Gumtree (Marktplaats) kijken
naar een 2e hands fiets. En anders gaan we er maar weer 1 halen in
Erina.
Ik zal niet zeuren
over geld. Maar als je al het gevoel hebt financieel in een vrije val te zijn
gekomen dan helpt een gestolen fiets niet echt. Laat staan het gedoe er omheen.
Maar zoals ik al schreef, deze week is de week van het gedoe. We zijn veel tijd
en energie kwijt aan auto’s, verzekeringen, makerlaars, voetbalclub, werkvisum
en nu dus ook een gestolen fiets. Wat ons betreft is het nu klaar.
Ellen brengt
donderdagochtend Max en Jaimy naar school waar ze de bus nemen naar de Atletiek
Sportdag in Mingara. Morris zet ze op de terugweg af op school. Daarna gaat
Ellen met haar hobby aan de gang; schoonmaken in ons appartement.
Even na half 9
hangt Drake aan de lijn. Probleem van het visum is nog niet opgelost.
Gloeiende, gloeiende, gloeiende. Het document wat we aan Drake hebben gestuurd
geeft wel de visum details aan, maar er staat niet letterlijk in dat ik mag werken
in loondienst. Ik ken de wereld van de HR directeuren en ze hebben natuurlijk
gelijk dat alles in orde moet zijn anders hebben zij straks een probleem. Maar
in dit geval gaan ze wel ver want ze willen zwart op wit bewijs dat ik kan en
mag werken. Ze gaan het zelf uitzoeken middels hun legal department en bellen
mij zodra ze meer weten. Dat duurt gelukkig niet lang. Net als ik op het punt
sta om de DIAC (immigratie) te bellen en het probleem aan hun voor te leggen,
belt Drake. Witte rook! Goddank. Wat een opluchting. Fijn dat we nu 100%
zekerheid hebben dat het ook visum-technisch in orde is. Ik krijg de ‘Letter of
Offer’ vandaag over de mail en ik sta maandag om 8.30 uur op de stoep bij
Drake. Geweldig nieuws! Ik bel Anna Maria en deel het goede nieuws. Er was geen
twijfel bij Anna Maria, maar als een werkgever bewijs wil en we kunnen dat niet
opleveren kan het wel een probleem worden. Nu is dat opgelost.
Einde van de
ochtend komt er meer goed nieuws; de Prado is gemaakt. Het blijkt dat het
meeviel met de remmen, maar ze zijn gemaakt (wat dat dan ook inhoudt) en hij
heeft nog een paar dingen gerepareerd. Het klinkt goed. We halen ‘m
vrijdagochtend op.
Volgende week wordt
ons internet aangesloten en hebben we ook een normaal huis telefoonnummer. Niet
dat we die echt nodig hebben, maar dat nummer en de aansluiting zitten in het
contract.
Maandag komt het
‘gifspuitmannetje’. Wie? Het gifspuitmannetje. In Australië in het algemeen en
waar wonen in het bijzonder leven nogal bijzondere beestjes. Die beestjes
kunnen dodelijk zijn of anders zijn ze bijzonder onaangenaam om ze in huis te
hebben. Spinnen zijn eigenlijk de meest gevreesde. Wat vrij normaal is, is om
een gifspuitmannetje te laten komen die dan je huis inspuit en vooral de
deuren, ramen, kieren en alles wat maar een opening kan zijn naar buiten en
naar binnen. Het huis is dan voor langere tijd veilig en mocht er toch iets
naar binnen kruipen dan gaat het beestje dood. Al is het nog in leven als je
het vindt, dan is het niet helemaal meer bij zijn positieven en meer dood dan
levend. Maar het idee is om alles wat de lijn overkomt te laten sterven. Hard
maar vooral hard nodig.
Wat we ons steeds
meer realiseren (en dat zal de komende paar weken nog sterker worden), is dat
we op een punt zijn gekomen in ons avontuur dat nieuw is voor ons. We dalen
steeds verder af in de Australische samenleving. Alsof we met een onderzeeboot
afdalen in de donkere diepte van de zee, iedere meter is nieuw en je weet niet
wat je tegen kan komen. Iedere dag is een stap in een nieuwe wereld, opnieuw
over een grens. Het terrein waar er nu aankomen is onbekend voor ons. Het voelt
soms als het los laten van een hand die je behoede voor gevaar en je op het
rechte pad hield. Voor het eerst op eigen benen staan. Er is geen gelijke ervaring
waarop we terug kunnen vallen want we maken dingen mee die we niet eerder
hebben meegemaakt en we moeten het zelf zien te redden.
Vorig jaar hebben
we veel geleerd en ervaren over ‘the Australian way of life’, maar nu zien we
in dat het eigenlijk nog steeds op hoofdlijnen is geweest. We hebben hier
gewoond, geleefd en de jongens hebben op school gezeten. We hebben een auto
gekocht en we hebben de belastingen en verzekeringen geregeld. We hebben mensen
leren kennen, het gebied verkent en ervaren hoe de mensen in dit gedeelte van
de wereld leven. We hebben een hele goede indruk gekregen van dit stukje Australië
en daarmee een ervaring gekregen die wij voor die tijd nog niet hadden. We
hebben in het verleden gereisd, soms op bepaalde plaatsen een tijdje geleefd, maar
in 2012 hebben we gewoond én geleefd in Australië en dat hadden we nog niet eerder gedaan.
En nu, in 2014, doen we in principe hetzelfde als in 2012 maar merken we dat we
nu pas echt tot de kern komen. Dit begint steeds meer ons thuis te worden. Als
we straks in het andere huis zitten met onze eigen spullen, op onze eigen bank,
in onze eigen bedden, en we werken, zijn sociaal actief, betalen belasting, we
heen en weer racen om wedstrijden en trainingen bij te wonen en er weer opnieuw
ritme en structuur zal ontstaan, zijn we op een heel nieuw terrein gekomen.
Nieuwe ervaringen, nieuwe lessen en eigenlijk weer een nieuwe reis. Een reis
die niet alleen van Nederland naar Australië leidt, maar een reis die vanuit de
ene samenleving naar een nieuwe samenleving leidt. En reis die wordt bepaald
door onthechten en loslaten van je eigen woonomgeving met alles wat daar bekend
aan is, en het opnieuw aarden en hechten in een nieuwe woonomgeving. Zoals je
een plant of een boom verpot, worden wij ook ‘verpot’. En hoe ouder de boom,
hoe moeilijker het is om hem te verplaatsen. Dat gedeelte is nieuw voor ons.
Niet met 1 voet in Australië staan maar met 2 voeten en alles wat daar bij
hoort.
Als het lukt om op
een dag permanent residents te zijn van Australië dan zijn we net op tijd
geweest om de stap te maken voordat we te diep geworteld zouden zijn in
Nederland. En met te diep geworteld bedoel ik vooral ook de energie die ermee
gemoeid is om weg te gaan uit je eigen land en de enorme energie en wilskracht
die er voor nodig is om ergens anders te gaan leven en ingeburgerd te raken om
opnieuw te ‘wortelen’.
Einde van de dag
gaan we nog even een uurtje naar het strand. Morris is aan het body boarden en
geniet van de golven. Max komt ook even langs. De sportdag was leuk, Jaimy
schijnt heel goed hard gelopen te hebben, misschien dat hij daardoor aan een
andere wedstrijd mag meedoen en de kleuren van Terrigal High mag verdedigen.
Het is denk ik de
mooiste tijd van het jaar. Het is niet bloedheet meer, maar gewoon lekker warm.
De zachte wind van zee, de kleuren van de zon, de lucht die na het eten
prachtig kleurt, de rust, het is hier momenteel heerlijk. Het hoogseizoen is
voorbij en dat kun je merken. Sommige eettentjes sluiten door de weeks ’s
avonds de deuren, het is minder druk op straat en op het strand is het helemaal
relaxed. Het zijn in deze periode alleen de weekeind bezoekers die de nodige
drukte veroorzaken.
Trent was weer heel
blij met een berichtje van Tony. Hij had Skillion training. M.a.w.
conditietraining en hardlopen bij The Haven. Toch merk ik steeds meer dat wel
goed is voor Trent om veel conditietraining te krijgen. Om het allemaal goed
bij te houden en mee te kunnen blijven doen bij de U18 moet hij fit blijven en
een top conditie ontwikkelen.
’s Avonds kijken we
een programma over het vermiste Malaysia Airlines toestel. Het is hier groot
nieuws, ook omdat er Australiërs aan board zijn. Alle theorieën worden
doorgenomen wat gebeurt zou kunnen zijn. Het is bizar dat er een vliegtuig weg
is.
Ellen gaat vrijdag in
Gosford aan de slag om 2 uurtjes in een huis te klussen. Als ik haar begin van
de middag spreek heeft ze de grootste en vetste Huntsman die ze tot nu heeft
gezien in woonkamer gehad. Deze spinnen doen niets maar het zijn supersnelle,
grote griezels. Gelukkig kroop hij terug waar hij vandaan kwam en hoefde Ellen
niet achter na te rennen.
Ik heb ’s morgens
de Prado in East Gosford opgehaald. Tsja, er gebeuren dingen die niet leuk zijn
en er gebeuren dingen die wel leuk zijn. Dat laatste is in het geval van de
Prado van toepassing. Ze hebben hem helemaal onder handen genomen.
Ruitenwissers, lampen, extra band om de voorband mee te vervangen, de remmen en
volgens mij is de auto weer helemaal okay. Bijzondere dienstverlening die
evengoed de wenkbrauwen doet fronzen want waarom ze nu ‘over de top’ gaan weet
ik ook niet. Het kost uiteindelijk veel tijd en geld van hun kant want ik hoef
niets af te rekenen. Service van de zaak. De auto rijdt ieder geval als een
zonnetje als ik naar Erina rij. Ik hoop dat de reparaties duurzaam zijn
uitgevoerd en dat we lang mogen genieten van de auto. Evengoed gaat de Prado
nog even naar de andere garage om de band te vervangen en laten we ‘m dubbel
checken. Maar nogmaals, hij rijdt ieder geval prima.
In Erina ga ik naar
de Woolworths om via de producten/verpakkingen in de schappen allemaal namen
van bedrijven te verzamelen die voor Woolwoths produceren. Dat zijn straks
naast Woolworths, Coles, de A-merken en retail bedrijven mijn potentiele
klanten. En de handigste manier om een beeld te krijgen van die markt is een
store check en de namen van de producenten noteren. Thuis ga ik achter internet
de websites opzoeken en telefoonnummers noteren. Het is een flinke klus maar zo
kom ik voorbereid aan de start voor mijn werk.
We gaan nog even
van het weekeinde genieten, van het mooie weer en het strand want vanaf maandag
is het voor mij afgelopen. Ellen zal strak moeten plannen met haar werk en de
heren Vegter want ik ben heel vroeg weg en laat thuis. Voetbal, huiswerk en de
aankomende verhuizing moeten we zien te managen vanuit onze nieuwe situatie. Het
is voor iedereen investeren en we weten allemaal waarom we het doen. Om op een
dag het felbegeerde papiertje te ontvangen waarop staat: ‘permanent resident’.