donderdag 24 april 2014

Herdenkingen

“We thought that we had the answers, it was the questions we had wrong”.

Bono - U2

De band speelt en Ellen en ik zitten in de zon aan een biertje. Goede vrijdag is een goede vrijdag. Max ligt in het water met zijn surfplank, Morris speelt op het strand met een vriendje, Jaimy en Trent zijn naar huis om hun visspullen te halen en gaan nog even vissen einde van de dag. De muziek klinkt bijzonder aangenaam en we kijken ons ogen uit naar de opgedofte dames en de mannen met t-shirts en petjes. Mates praten met mates, vrouwen met vrouwen. De zee ligt aan onze voeten, het bier is koud, de zon schijnt en de muziek is te oud voor de jongeren. Australië is vandaag vrij en dat merk je aan alles. Het hangt in de lucht als de meeuwen die boven het strand hangen.

De drukte die we vorig jaar rond kerst hebben ervaren bij Erina verbleekt bij de zaterdagdrukte. De dag voor Pasen is gekkenhuis in en rond het winkelscentrum. De auto’s kunnen de parkeergarages niet meer in en de winkelwagentjes bij Woolworth zijn op. Ik stoot op iedere hoek in de supermarkt iemand aan met mijn winkelwagentje. “Sorry” zeg ik en kijk erbij alsof ik aangeef dat ik er ook niets aan kan doen dat iedereen vandaag inkopen doet voor het lange Paasweekeinde.
Op weg naar huis erger ik me aan de oudjes die perse vandaag moeten autorijden en de verkeerslichten die net als in Nederland mij niet in een groene golf voorzien als ik het nodig heb.

Zaterdagmiddag vieren we Jaimy zijn verjaardag op het strand. Hij heeft enkele schoolvriendjes uitgenodigd om te komen surfen. We zijn er allemaal bij en we hebben ons strandtentje opgezet, stoeltjes erbij en drinken, snoep en chips staan klaar.
We treffen het in eerste instantie. Gigantische golven. Groot, hoog, woest en perfect voor de geoefende surfers. Jaimy besluit te gaan body boarden i.p.v. surfen en Max houdt het na een paar duikelingen in enorme golven voor gezien. Het is waanzinnig gaaf om te zien en op meerdere plaatsen langs het strand is het echt een geweld aan golven die op de kust beuken.
Maar rond half 3 uur gaat het haaienalarm af en wordt iedereen verzocht direct uit het water te komen. Iets dat door nagenoeg iedereen direct wordt opgevolgd. De life guards gaan het water op om de haai te zoeken die blijkbaar door iemand is waargenomen en we horen dat we zeker 3 kwartier het water niet in mogen. De vader van 1 van Jaimy zijn vriendjes is life guard en we begrijpen dat er een “massive” bull shark is gesignaleerd vlak bij kust. Er is 1 ding erger dan een great white en dat is een bull shark.  Ze kunnen agressief zijn en als ze beet hebben laten ze niet meer los. Ze zijn eigenlijk gevaarlijker dan witte haaien. De 3 kwartier wordt verlengd met nog een half uur en velen turen over het water opzoek naar een teken van leven. De vin die net boven het water uitsteekt zien we niet en nadat alle veiligheidsvoorschriften zijn opgevolgd en uitgevoerd wordt het water rond 4 uur weer vrij gegeven. Het is en blijft toch wonderlijk dat haaien zo dicht bij de kust kunnen komen.

Wanneer we bij het treinstation van Cowan komen op zondagmiddag rijdt de trein niet verder. Het is 12.00 uur. Er is een stroomstoring bij Hornsby en de treinen rijden niet meer verder van en naar Sydney. Met ca. 200 man staan we in de zon voor het kleine stationnetje van Cowan en wachten op de bus (of bussen) om ons naar Berowra of Hornsby te brengen. Wat nu? Of we gaan terug naar Gosford (hoewel we niet weten wanneer er deze middag nog een trein komt) of we gaan verder op onze toch naar Sydney. Unaniem besluiten we de tocht naar Sydney te aanvaarden. We hebben nog niet besloten om de reis te aanvaarden inclusief hetgeen ons staat te wachten of als schapen in een weiland worden we weer de trein ingeloodst omdat er blijkbaar wel weer treinen rijden en er een mogelijkheid is om richting Berowra te komen. Volgens de machinist staan daar dan de bussen klaar.
In Berowra is de groep reizigers gegroeid naar ca. 500 man. Een verkeersinfarct op het spoornet op 1e Paasdag is een kwalijke zaak en zweetplekken vormen zich net zo snel als woordenwisselingen en irritaties bij diegene die het meeste haast hebben. In dit geval is dat vooral de categorie die onderweg is naar het vliegveld. Kinderen, opa’s en oma’s, reizigers, kinderwagen, grote koffers, invaliden en ouderen, allemaal worden we over perron 1 geleidt naar buiten want daar komen dan de bussen. Ik reken voor het gemak 50 man per bus en kom dus eenvoudig tot de conclusie dat 10 bussen deze klus moeten kunnen klaren. Maar er staat 1 bus… 1 bus! Australië op z’n smalst. Ellen is positief en goedgelovig en denkt dat de rest van de bussen zo komt. Maar we staan in een enorme rij met mensen en ik voorspel dat die ene bus heen en weer gaat rijden tussen Berowra en  Hornsby.
We zullen het nooit weten. Want na ca. 20 minuten wachten draaien de laatsten schapen van de rij zich om en keren terug naar het perron. De laatste van de rij blijken opeens de eerste te zijn die op het perron wachten op de verlossing in de vorm van een trein. Er is vernomen dat er toch weer treinen gaan rijden en zonder bevestiging van een trein-meneer volgt de rest van de kudde gedwee. En dan komt de verlossing! Daar is de ijzeren spoorvreter en gaan we allemaal weer verder waar we gebleven waren. De saamhorigheid onder de passagiers is door deze ervaring gegroeid en wellicht dat het Bijbelse gedeelte van 1e Paasdag op deze manier een weg naar ons allen wist te vinden.

In Sydney is het een heerlijke middag die we doorbrengen op Paddy’s market, China Town en we gaan even langs bij mijn werk. Hoe bizar om zondagmiddag alleen in zo een enorm gebouw rond te lopen. De familie keurt het uitzicht en de werkplaats goed en is onder de indruk van de etage waar ik werk. Met de gekochte sweater, sport setjes, petjes en zonnebrillen begeven we ons naar Darling Harbour waar we bij onze favoriete restaurant gaan eten. Het is gekkenhuis in Sydney, vooral in en rond Darling Harbour maar we eten vlak voor 6 uur en zo is het geen probleem om 6 enorme pizza’s weg te werken.
Wanneer we op perron 12 in de trein naar Gosford zitten blijkt het echt niet normaal te kunnen deze dag. Of we allemaal naar spoor 7 willen gaan want daar vandaan zal er een andere trein naar New Castle rijden en ons afzetten in Gosford. Gelukkig staat de trein onderweg niet meer onnodig stil en komen we zonder problemen thuis.

Het is zondag 2e paasdag een vroegertje in huize Vegter. Geen uitgebreid Paasontbijt, geen eieren zoeken. Nee, we zijn om 9.45 uur bij de Gouges en gaan met z’n allen naar Hawkesbury River. Ca. 3 kwartier rijden bij ons vandaan en een prachtige plek om de dag door te brengen en te BBQ-en. We hebben alles bij ons: visspullen, eten, drinken, stoeltjes, zwemkleren en de Gouges hebben de kajak bij zich.
De dag is werkelijk fantastisch. We vangen geen vis en Trent raakt het anker van de kajak kwijt (maar het goede nieuws is dat Trent in een kajak zat), maar de zon maakt er een feestelijke dag van. De plek is prima, het water ligt aan onze voeten, de bergen en heuvels om ons heen, het groen van de bomen en het blauw van het water schitteren onder de zon. En we vermaken ons allemaal. Een gezegende dag om maar even in Paastermen te blijven.

Na een heel lang paasweekeinde neemt het leven weer zijn normale vorm aan van werken en reizen. Voor Ellen betekent het 1 dag strijken en voor de heren Vegter nog 1 week vakantie. Het is echter een korte week want vrijdag is het ANZAC day. Een soort 4 mei waarbij de gevallen soldaten uit alle oorlogen worden herdacht. “Lest we forget” staat in veel monumenten gebeiteld en op vrijdag zijn deze monumenten versierd met bloemen. Een herdenkingsdag.

Wat ook een herdenkingsdag is, is donderdag, de dag voor ANZAC day. Want DNA nummer 002 is jarig en viert zijn 15e verjaardag. Inmiddels is hij groter dan zijn moeder en houdt maat 46 hem op de been. Ik werk die dag maar ben om half 5 thuis. Een half uur later gaat Max trainen en wanneer hij thuis komt gaan we gourmetten. Facetime gesprekken volgen met opa’s en oma’s die op afstand meeleven. En zij niet alleen. Faceboek laat zien dat er massaal aan Max wordt gedacht en dat is een mooi gevoel.

Met werk gaat het redelijk, maar het houdt niet over. Steeds meer komt naar voren dat ondanks mooie verhalen over het uitdragen van het merk en de ‘value proposition’, het om de keiharde dollars gaat. Daar ben ik niet naïef over, dat is bekend, maar je zult toch eerst moeten investeren voordat er verdient kan worden. En in dit geval in het opleiden en trainen van mensen zoals ik. Iedere dag aangeven dat er gebeld moet worden, dat er omzet op het presentatiebord moet komen en dat we toch echt binnenkort werk naar binnen moeten halen werkt bij mij averechts. Misschien werkt dat bij een 23 jarige, niet bij mij. Niet bij iemand die een leven achter zich heeft en zakelijk genoeg heeft meegemaakt en verwezenlijkt. Ik doe mijn ding, maar ik merk dat ik stiekem open begin te staan voor banen die ik voorbij zie komen of gesprekken die ik voer. 1 Van die gesprekken was een enorm leuk gesprek met een Nederlander die hier al 11 jaar woont en een eigen bureau heeft (brand indentity & design). Klein bureau dat graag wil gaan groeien en daar past een zakelijke partner in. Dat soort gesprekken en de mogelijkheden die ik dan zie geven zo vreselijk veel energie dat het me veel moeite kost om even later weer de telefoon op te moeten pakken en weer aan het werk te gaan opzoek naar vacatures.

Een goede vriend vroeg afgelopen week hoe het met ons visum staat. Een terechte vraag in het licht van de banen die we hebben. Voorlopig blijft dat ongewis. Ik zal eerst een hele tijd bij een bedrijf moeten werken en mocht ik af en toe switchen dan kan dat langer duren. Er zijn nog wel 1 of 2 alternatieven, maar voorlopig moet ik werken of opzoek blijven naar een baan die voor langere termijn interessant is. Soms vragen de kinderen er naar, ze realiseren zich nog steeds de onzekerheid, maar we vertellen ze dat we hier leven met de mind-set om te blijven. We willen ze weg houden van de onzekerheid en leven, voelen, denken en aarden vanuit het gevoel dat we hier blijven. En volgens mij lukt ze dat best aardig.

Afgelopen woensdag was het exact een jaar geleden dat we aankwamen in Nederland. Ik zit in de trein als ik me rond het tijdsstip van aankomen in Nederland realiseer hoe snel een jaar kan gaan. Wat kan er een hoop gebeuren en wie had een jaar geleden gedacht dat we nu al weer 3 maanden in Australië wonen. Het landschap schiet aan me voorbij als Acda & de Munnik het verleden naar voltooid verleden tijd zingen. De muziek kleurt de foto’s die ik bekijk op mijn iPhone, ik beleef de herinneringen en laten het gevoel herleven. Waar staan we over een jaar? Hoe ziet ons leven er dan uit? Ik denk er niet te veel over na. In het nu leven geeft meer genoegen dan nadenken hoe het leven er over een jaar uitziet. “Het leven is wat je overkomt terwijl je andere plannen maakt”, zei Thomas Acda ooit. Wellicht is het waar. We koesteren vandaag, en morgen…? Morgen is er weer een dag.


Fijn weekeinde.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten